Diagnose

Hoe wordt het type bepaald?

Eerst zal de arts je uitgebreid ondervragen en onderzoeken. Dit duidt  de agressiviteit, locatie en oorzaken van het gezwel.

Nadien gebeuren een aantal scans om het type en de uitbreiding te bepalen. Sarcoma laat zich namelijk niet tegenhouden en kan lokaal doorgroeien in allerlei weefsels maar ook zich verspreiden op afstand (uitzaaien).

Welke beeldvorming is mogelijk?

Als je botsarcoma hebt, wordt een gewone radiografie genomen. Verder zal men bijna altijd een CT-scan of een MRI uitvoeren om de lokale uitgebreidheid na te gaan.

Radiografie

Een radiografie is een onderzoek waarbij men met behulp van röntgenstralen de binnenzijde van het lichaam in beeld brengt (voornamelijk je beenderen). Dit onderzoek is meestal pijnloos.

Lees meer

Wanneer je een injectie met contrastvloeistof krijgt, voel je een prik bv. in een gewricht. Afhankelijk van het lichaamsdeel dat in beeld moet worden gebracht, zal men vragen om bepaalde kledingstukken en juwelen of andere metalen voorwerpen te verwijderen. Vervolgens brengt men je naar de tafel om de beelden te maken. Men vraagt je om bepaalde posities aan te nemen; het is belangrijk deze aanwijzingen goed te volgen en niet te bewegen tijdens de opname. Indien bepaalde houdingen voor jou niet lukken of te pijnlijk zijn, is het belangrijk dat je dit meldt aan de verpleegkundige op de radiologie. Na de opnamen kan je je terug aankleden en naar huis gaan. Je krijgt een code of een verslag van het onderzoek mee: bewaar dit goed en geef dit af aan je behandelende arts.

CT-scan

Een CT scan is een onderzoek waarbij men met behulp van röntgenstralen de binnenzijde van het lichaam in beeld brengt. Dit onderzoek is meestal pijnloos. Wanneer je een injectie met contrastvloeistof krijgt, voel je een prik bijvoorbeeld in je hand of in een gewricht.

Lees meer

Afhankelijk van het lichaamsdeel dat in beeld moet worden gebracht, zal men vragen om bepaalde kledingstukken en juwelen of andere metalen voorwerpen te verwijderen. Vervolgens brengt men je naar de tafel om de beelden te maken. Men vraagt je om bepaalde posities aan te nemen; het is belangrijk deze aanwijzingen goed te volgen en niet te bewegen tijdens de opname. Indien bepaalde houdingen voor jou niet lukken of te pijnlijk zijn, is het belangrijk dat je dit meldt aan de verpleegkundige op de radiologie. Na de opnamen kan je je terug aankleden en naar huis gaan. Je krijgt een code of een verslag van het onderzoek mee: bewaar dit goed en geef dit af aan je behandelende arts.

MRI

Een MRI scan is een onderzoek waarbij men met behulp van magnetische golven de binnenzijde van het lichaam in beeld brengt. Dit onderzoek is meestal pijnloos. Wanneer je een injectie met contrastvloeistof krijgt, voel je een prik bijvoorbeeld in je hand of in een gewricht.

Lees meer

Afhankelijk van het lichaamsdeel dat in beeld moet worden gebracht, zal men vragen om bepaalde kledingstukken en juwelen of andere metalen voorwerpen te verwijderen. Vervolgens brengt men je naar de tafel om de beelden te maken. Men vraagt je om bepaalde posities aan te nemen; het is belangrijk deze aanwijzingen goed te volgen en niet te bewegen tijdens de opname. Indien bepaalde houdingen voor jou niet lukken of te pijnlijk zijn, is het belangrijk dat je dit meldt aan de verpleegkundige op de radiologie. Na de opnamen kan je je terug aankleden en naar huis gaan. Je krijgt een code of een verslag van het onderzoek mee: bewaar dit goed en geef dit af aan je behandelende arts.

Botscan

Een botscan is een isotopisch onderzoek.

Er wordt eerst een zwakke radioactieve stof (isotoop) in het lichaam gespoten. Deze stof nestelt zich in zones met verhoogde activiteit, zoals tumoren en/of botuitzaaiïngen. Deze eerste fase kan behoorlijk lang duren (één tot twee uur). Daarna ga je op de tafel liggen van de botscanner en wordt het hele lichaam gescand. De zones die gevoelig zijn voor de radioactieve straling van de isotoop worden zo geregistreerd. De botten of delen van het bot die mogelijk zijn aangetast door de uitzaaiingen, worden op deze manier zichtbaar.

In de derde en laatste fase verwerkt de computer de verschillende gegevens tot één beeld.

Het voordeel van een botscan is dat artsen het hele skelet in één enkel onderzoek kunnen bekijken.
De scan duurt ongeveer 50 minuten, de voorbereiding niet meegerekend.

Het is belangrijk dat deze onderzoeken gebeuren vóór er in het gezwel gesneden wordt om de beelden niet te verstoren. Anders wordt het moeilijker om sarcoma te karakteriseren. Verder kunnen de artsen aan de hand van de scanbeelden zien langs welke weg en waar in het gezwel er best een weefselstaal kan worden genomen. Dit wordt dan besproken op het multidisciplinair overleg. Sarcomen kunnen naar meerdere lichaamsdelen uitzaaien (beenderen, longen of buik) en daarom worden ook hiervan scans gepland.

In onderstaande gespecialiseerde centra vindt u meer informatie:

Hoe verloopt de diagnose van het type?

Afhankelijk van welk type sarcoma er vermoed wordt, zal de diagnose iets anders verlopen. Wil je meer weten over de drie types sarcoma van het bot, klik dan hierWil je meer weten over wekedelensarcomen, klik dan hier.

Naast een uitgebreide ondervraging en onderzoek van de plaats van het sarcoma, zal de arts een radiografie aanvragen en een MRI om de uitgebreidheid van de lokale ziekte te evalueren. Aangezien osteosarcomen kunnen uitzaaien naar de longen en andere beenderen, zal de arts ook een CT scan van je longen aanvragen en een botscan.

Er is steeds een biopsie noodzakelijk om de diagnose te bevestigen.

Naast een uitgebreide ondervraging en onderzoek van de plaats van het sarcoma, zal de arts een radiografie aanvragen en een MRI om de uitgebreidheid van de lokale ziekte te evalueren. Aangezien Ewingsarcomen kunnen uitzaaien naar de longen, het beenmerg en andere beenderen, zal de arts ook een CT scan van je longen aanvragen, en een botscan.

Er is steeds een biopsie noodzakelijk om de diagnose te bevestigen. Om te weten of er ook kwaadaardige cellen aanwezig zijn in het beenmerg, wordt er tijdens de biopsie een beenmergpunctie uitgevoerd.

In vele gevallen wordt een chondrosarcoom per toeval ontdekt bij het nemen van radiografie of een botscan naar aanleiding van bv. een val. Soms kunnen de klachten  een gevolg zijn van de aantasting van het bot.

Meestal wordt er een MRI gepland om het te bepalen of het eerder goedaardig (enchondroma) of kwaadaardig (chondrosarcoma) is en om de grootte van het gezwel te evalueren. Bij twijfel zal de arts een biopsie voorstellen.

Chondrosarcomen worden ingedeeld volgens de kwaadaardige eigenschappen in 3 graden:

  • Graad 1 of laaggradig
  • Graad 2 of intermediaire graad
  • Graad 3 of hooggradig kwaadaardig.

Een laaggradig kwaadaardig gezwel zal in principe niet uitzaaien, maar kan wel gemakkelijk terugkomen als het niet volledig verwijderd is. Hoe hoger de graad, hoe hoger de kans op uitzaaiingen en hoe agressiever de behandeling zal zijn.

Naast een uitgebreide ondervraging en onderzoek van de plaats van het sarcoma, zal de arts een echografie aanvragen voor een eerste evaluatie en ook een MRI om de uitgebreidheid van de lokale ziekte te evalueren. Aangezien wekedelensarcomen kunnen uitzaaien naar de longen, en soms naar de klieren, zal de arts ook een CT scan van je longen en buiaanvragen. Soms is ook een aanvullend onderzoek nodig, zoals een PET-CT scan (ook een soort isotopenscan). 

Er is steeds een biopsie noodzakelijk om de diagnose te bevestigen. 

Hoe gebeurt de biopsie?

Om te bepalen om welk type sarcoma het exact gaat, moet een weefselstaal onderzocht worden door de anatoom-patholoog. Om zo’n weefselstaal te bekomen wordt meestal een biopsie gepland. Een biopsie kan open (een kleine operatie) of gesloten (een punctie) gebeuren.

Houdt de biopsie risico’s in?

Een biopsie is altijd een berekend risico. In de volksmond wordt gezegd dat eens een gezwel ‘lucht gezien heeft’, de patiënt verloren is. Dit is niet waar. Door een biopsie zal sarcoma niet uitzaaien naar andere organen, maar er kunnen wel kwaadaardige cellen achterblijven in het biopsietraject.

Een biopsie dient op een correcte manier te worden uitgevoerd om later problemen te vermijden. Het biopsietraject wordt ook verwijderd wanneer het sarcoom definitief wordt weggehaald. Daarom is het belangrijk dat de arts bij de biopsie al rekening houdt met de latere operatie.

Een ontsteking van een biopsiewonde moet absoluut vermeden worden. Een ontsteking kan het opstarten van eventuele chemotherapie in de weg staan of zelfs de definitieve operatie in het gedrang brengen.

Een sarcoom bevat zeer veel bloedvaten daardoor kan bij de biopsie een bloeding ontstaan, of kan de wondnaad nabloeden. De arts neemt maximale voorzorgen om een grote bloeduitstorting te voorkomen, bijvoorbeeld door een buisje (een drain) te plaatsen dat het bloed naar buiten brengt. Dikwijls wordt ook tijdelijk een drukverband aangelegd.

Wat gebeurt er na de biopsie?

Het weefselstaal wordt onmiddellijk naar het labo gestuurd. Dit onderzoek is zeer uitgebreid kan tot 10 dagen duren eer een definitief resultaat beschikbaar is. Deze periode van wachten is voor jou en je naasten een zeer belastende periode omdat je nog niet weet waar je aan toe bent. Deze periode wordt zo kort mogelijk gehouden maar is noodzakelijk om absoluut zeker te zijn van de diagnose.

De resultaten worden nog eens in het multidisciplinaire team besproken en er wordt een behandelplan opgesteld. Je behandelende arts zal de resultaten en het behandelplan met jou en je naasten bespreken. Dit plan is een voorstel: het is de bedoeling dat jij als patiënt ook inspraak hebt in de behandeling. Vraag gerust extra uitleg of maak een tweede afspraak om de verkregen informatie te verwerken.